Endoscopische derde ventriculostomie
De endoscopische derde ventriculostomie is de absolute voorkeurstechniek bij de behandeling van obstructieve hydrocefalie of waterhoofd genoemd.

De endoscopische derde ventriculostomie is de absolute voorkeurstechniek bij de behandeling van obstructieve hydrocefalie of waterhoofd genoemd.
Via een kleine insnede van een drietal cm rechts naast de middenlijn en achter de haargrens, zal een klein boorgat in de schedel worden gemaakt. De endoscoop van 6mm diameter wordt dan via dit boorgat ingebracht in de voorste hoorn van de zijventrikel. Daarna wordt de endoscoop opgeschoven tot aan de bodem van de derde hersenkamer. In de bodem van de derde ventrikel wordt dan een klein gaatje gebrand tot er een voldoende grote opening is om een kleine catheter door deze opening in te brengen. Daarna wordt een ballon aan de tip van de catheter opgeblazen om de opening in de bodem van de derde hersenkamer progressief te vergroten. Er wordt dan verder gecontroleerd of het hersenvocht via deze opening mooi kan afgevoerd worden. De hersenkamers worden verder bekeken of er geen andere abnormaliteiten en/of bloedingen zijn waarna de endoscoop wordt verwijderd. Het boorgat wordt afgedekt met een klein titaniumplaatje om esthetische redenen en de huid wordt gesloten.
De endoscopische derde ventriculostomie is de absolute voorkeurstechniek bij de behandeling van obstructieve hydrocefalie. De bedoeling van een derde ventriculostomie is het maken van een opening in de bodem van de derde hersenkamer. Deze techniek wordt gebruikt wanneer er een stoornis is in de afvoer van het hersenvocht. Dergelijke stoornis leidt tot een opstapeling van hersenvocht in de hersenkamers met een toenemende hersendruk tot gevolg. De toename van de druk in het hoofd kan leiden tot hoofdpijn, misselijkheid en braken en in extreme gevallen zelfs tot coma.
De patiënt wordt na de ingreep onmiddellijk gewekt en één nacht ter observatie opgenomen op de dienst intensieve zorgen. De ochtend na de ingreep zal een controle CT-scan worden uitgevoerd en indien deze geen bijzonderheden toont, kan de patiënt de eerste dag na de ingreep naar de verpleegafdeling neurochirurgie getransfereerd worden. Een MRI controle volgt de 2de of 3de dag na de operatie. De patiënt kan na 4 dagen naar huis ontslagen worden. U krijgt hierbij ook een controleafspraak mee.
Na de operatie is het belangrijk dat de patiënt voldoende rust krijgt. Hierbij wordt aangeraden om zware activiteiten zoals tillen of sporten voor een periode te vermijden.
Bij het verergering of nieuwe symptomen moet u dit zo spoedig mogelijk melden aan uw behandelende neurochirurg.
Bij deze operatie is er een kleine kans dat er een lek ontstaat van de hersenvloeistof. Er is ook een klein risico op het ontstaan van epileptische aanvallen.
Daarnaast zijn er de algemene complicaties, die bij vrijwel elke operatie mogelijk zijn:
Echter, komen deze complicaties zelden voor. De behandelende neurochirurg zal altijd op voorhand uitvoerig de voordelen en risico's van deze ingreep bespreken.
Deze website maakt gebruik van functionele cookies die minimaal nodig zijn om de website goed te laten werken. Daarnaast zijn er ook nog extra cookies. Zij brengen, volledig anoniem, jouw gebruik in kaart voor analyse en onderzoek.
Klik hier voor ons privacy- en cookiebeleidOptimaliseren advertenties op basis van jouw surfgedrag en zorgen voor een optimale wisselwerking met sociale media zoals Youtube, Twitter, Facebook of Instagram.