Acusticusneurinoom

Het nervus acusticus neurinoma, ookwel het nervus vestibularis schwannoma genoemd, is een goedaardige tumor die uitgaat vanuit de achtste hersenzenuw. Deze 8ste hersenzenuw bestaat uit 2 delen: enerzijds het nervus acusticus gedeelte, wat instaat voor het gehoor en anderzijds het nervus vestibularis gedeelte wat instaat voor het evenwicht. Een tumor die uitgaat van deze zenuw ontstaat uit het omhulsel van de zenuw en is bijna altijd een goedaardig gezwel. Dit betekent dat de groeisnelheid van deze tumoren traag is en dat sommige tumoren zelfs helemaal niet groeien.

Incidentie

Een acusticusneurinoma, ook wel vestibulair schwannoom genoemd, is een goedaardige tumor die groeit op de zenuw die het oor met de hersenen verbindt. Hoewel ze zeldzaam zijn, kunnen acusticusneurinomas voorkomen bij mensen van alle leeftijden, maar de diagnose wordt vaker gesteld bij volwassenen van middelbare leeftijd.

De precieze oorzaak is niet bekend, maar bepaalde risicofactoren kunnen de kans op het ontstaan ervan vergroten. Deze risicofactoren omvatten:

  • het hebben van een genetische aandoening genaamd neurofibromatose type 2 (NF2)
  • blootstelling aan hoge stralingsniveaus
  • familiegeschiedenis van acusticusneurinomas
  • het vrouwelijk geslacht

Het is belangrijk om te beseffen dat het hebben van een of meer van deze risicofactoren niet noodzakelijkerwijs betekent dat iemand een neuroma zal ontwikkelen. In feite ontwikkelen de meeste mensen met deze risicofactoren geen tumor.

Symptomen

De meest voorkomende klacht van patiënten met een nervus acusticus of nervus vestibularis schwannoma is éénzijdige gehoorsdaling tot -uitval, oorsuizen en evenwichtsproblemen. 
Wanneer de tumor zeer grote afmetingen aanneemt, kan dit leiden tot een uitval van de aangezichtszenuw (dit uit zich door een afhangende mondhoek) of zelfs verlammingsverschijnselen wanneer de tumor op de hersenstam drukt. 

Diagnose

Het is van groot belang dat de diagnose in een zo vroeg mogelijk stadium wordt gesteld omdat de behandeling van kleinere tumoren gepaard gaat met veel minder risico's. Een MRI-scan van de schedel is het meest gevoelige onderzoek voor de diagnose van dit type tumoren. Deze MRI-scan geeft een zeer typisch beeld waardoor de diagnose met nagenoeg 100% zekerheid kan worden gesteld.

Behandeling

De behandeling van dergelijke tumoren hangt enerzijds af van de grootte van de tumor en anderzijds van de leeftijd van de patiënt. Gemiddeld gezien is het zo dat wanneer de tumor onder de 2,5 à 3 cm groot is, geopteerd wordt om een stereotactische radiochirurgie te verrichten. Hierbij komt het er op neer dat een éénmalige bestraling van het goedaardige gezwel in veruit de meeste gevallen zal leiden tot een stabilisatie van de groei, dit wil zeggen dat de tumor niet verder groeit. In enkele gevallen zal de tumor zelfs krimpen. Maar gezien het hier gaat om een goedaardige tumor is een stilgelegde groei een zeer goed resultaat.

Wanneer de tumor zeer groot is of er een belangrijke beknelling is van de hersenstam of de afvoerweg van het hersenvocht, dient in eerste instantie een operatie te gebeuren waarbij beoogd wordt om zoveel mogelijk tumor weg te nemen met zo weinig mogelijk kans op uitval van de gehoorszenuw en de aangezichtszenuw die ernaast loopt. Als tijdens de operatie blijkt dat het niet mogelijk is om de gehele tumor weg te nemen dan zal in tweede instantie na de ingreep nog een bijkomende stereotactische radiochirurgie worden gepland voor het kleine resterende deel. Als voornaamste complicaties van de operatie vermelden we gehoorsdaling, aangezichtszenuw-uitval en tijdelijke evenwichtsproblemen.

Opname

Na de operatie voor het verwijderen van een hersentumor of een stereotactische ingreep zal de patiënt gedurende één nacht worden opgenomen op de afdeling intensieve zorgen respectievelijk neurologie/mediumcare neurochirurgie. De eerste dag na de ingreep wordt een controle CT scan van de hersenen verricht en indien deze geen bijzonderheden toont, kan de patiënt naar de verpleegafdeling neurochirurgie worden overgeplaatst.

Indien er complicaties zijn opgetreden tijdens of na de ingreep, is het mogelijk dat de patiënt langer ter observatie blijft opgenomen. De opname duur is dan ook afhankelijk van de toestand van de patiënt.

Nabehandeling

Na een chirurgische of stereotactische ingreep, zullen er jaarlijkse controles plaatsvinden. Indien nodig, kunnen er gehoorstesten worden uitgevoerd ter controle van de functie van de gehoorszenuw.

Prognose

De prognose voor een acusticusneurinoom is over het algemeen goed. In feite zijn de meeste acusticusneurinomen langzaam groeiend en goedaardig. Volgens sommige studies is bij een goede behandeling de tumor bij 95% van de mensen met een acusticusneurinoom langdurig onder controle. Het succespercentage van de behandeling hangt echter af van verschillende factoren, zoals de grootte en de plaats van de tumor, de leeftijd en de algemene gezondheidstoestand van de persoon en de specifieke behandelingsaanpak.

Na de behandeling is regelmatige nazorg belangrijk om de tumor te controleren en eventuele aanhoudende symptomen aan te pakken. Hoewel sommige mensen last kunnen hebben van aanhoudende symptomen, kunnen de meeste mensen een goede kwaliteit van leven verwachten met de juiste behandeling.